Verjaardag

Ik vraag me al een paar dagen af waarom ik mijn geworstel maar niet onder controle krijg. Ik doe wat ik weet en toch lukt het niet.

Met mijn hoofd vol verhuizing en lijsten en dingen realiseer ik me helemaal niet dat voor die verhuizing… ik nog jarig ben.

Er is niets ter wereld wat me zoveel ambivalente gevoelens geeft als jarig zijn.

Ik vind het vreselijk. Geen dag in het jaar zo erg als die dag. Kerst is een uitdaging, net als sint, de verjaardagen van mijn kinderen, mijlpalen en grote dingen. Maar mijn geboorte-dag spant de kroon.

Ik voel me ieder jaar weer zo intens eenzaam en verdrietig, zo ongewenst. En ieder jaar weer dezelfde vragen door mijn hoofd, dezelfde beelden. Geen enkele therapie kon dat wegnemen. De dag in het jaar dat ik het liefst wegkruip, mijn bed niet uitkom, alleen maar in een hoekje wil zitten en huilen.
Ik vier mijn verjaardag niet. Natuurlijk niet. Al jaren niet. Ik doe alsof het niet bestaat, die dag dat ik ooit, bijna 36 jaar geleden geboren werd bij de mensen die me zo kapot hebben gemaakt dat ik nu, bijna 36 jaar later, nog altijd de scherven niet gelijmd krijg. Een waardeloos gevoel hoef je niet te vieren wat mij betreft.

Tegelijkertijd maakt juist het niet vieren me nog eenzamer. Natuurlijk wil ik aandacht en kaarten en cadeaus. En niet huilen in een hoekje. Enzo. Ik wil het zo wanhopig graag ombuigen naar een blije dag dat dat natuurlijk helemaal in het honderd loopt. Dingen die je wanhopig graag wil ombuigen worden bij mij altijd wanhopige puinhopen. Geen verjaardag voor mij. Ik weet niet hoe anders en ik kan ook niet anders denk ik.

En dus ben ik jaloers. Jaloers op iedereen die het wel heeft. Die ’s morgens een telefoontje krijgen van hun moeder, die de dag van hun geboorte tot in detail kan terughalen en nog precies weet hoe haar verse babietje rook. Die zich gewenst voelen. En geliefd. En omhelst door hun verleden.
En ik weet dat jaloezie een lelijk ding is. Het lukt me alleen niet om het tegen te gaan.

Dus. Tja. En nu? Ik weet het (weer) niet. Ik stopte mijn gepieker maar in een hysterisch poppendekentje voor de peuterdochter.  Bezige handen. En verder maar weer een beetje onderduiken tot die vreselijke dag weer voorbij is.